Ouderen hebben vaak geen of een klein pensioeninkomen opgebouwd. In veel gevallen hebben zij wel een eigen woning die inmiddels vrij is van hypotheek. Zij hebben spaarsaldi in box 3 en moeten rondkomen van slechts een AOW inkomen. Vanwege het spaargeld in box 3 komen zij niet in aanmerking voor zorgtoeslag of, als zij in een (sociale) huurwoning wonen, komen zij niet in aanmerking voor huurtoeslag.
Er is een eenvoudige manier om het spaargeld wel beschikbaar te houden, maar niet in box 3 belast te laten zijn. Er ontstaat dan wel recht op deze toeslagen en dat kan enkele honderden euro’s netto voordeel per maand opleveren.
Situatie 2019
Stel dat Henk en Annie, beide 72 jaar, in een huurwoning wonen nadat zij hun eigen huis hebben verkocht. De huur bedraagt € 700 per maand, waarvan € 20 betrekking heeft op servicekosten. Henk heeft sinds zijn dertigste het installatiebedrijf van zijn vader overgenomen en heeft daar nooit in eigen beheer pensioen opgebouwd. Op de bankrekening hebben zij € 280.000 spaargeld, mede vanwege de verkoop van de eigen woning. Verder hebben zij beide een AOW-uitkering en heeft Henk nog een klein pensioen opgebouwd van € 5.000 bruto per jaar uit zijn werkbare periode in loondienst.
Zij hebben in deze situatie geen recht op toeslagen. Zij vallen in de laatste kolom van onderstaande tabel.
De oplossing
Henk en Annie komen in deze situatie niet in aanmerking voor toeslagen, omdat ze teveel spaargeld in privé (box 3) hebben. Zouden die middelen nog in hun koopwoning hebben gezeten en was het gezamenlijke spaargeld minder dan € 145.136 op de peildatum van 1 januari van dat jaar, dan zouden zij in ieder geval nog zorgtoeslag hebben ontvangen. Ook indien het spaargeld in een B.V. had gezeten, dan zou er recht geweest zijn op de toeslagen. Vermogen in een dergelijke vennootschap telt namelijk niet mee voor de bepaling of je recht hebt op toeslagen.
Het is heel eenvoudig om een zogenaamde spaar B.V. op te richten. Het spaargeld staat dan op een spaarrekening van een B.V. waarvan je zelf 100% eigenaar wordt. De oprichting en de jaarlijkse kosten van een dergelijke B.V. verzorgen wij tegen hele scherpe tarieven. Naast de toeslagen die Henk en Annie mislopen, zijn zij ook nog box 3 belasting verschuldigd. In dit voorbeeld bedraagt die ca. € 1.800 per jaar. De kosten voor de B.V. bedragen jaarlijks € 425 incl. btw. Die kosten verdien je dus direct al terug met de besparing op de box 3 belasting. Verder blijft het spaargeld beschikbaar voor gevallen waarin Henk en Annie het nodig hebben.
Ons advies aan Henk en Annie zou zijn een spaar B.V. op te richten met een oprichtingskapitaal van € 230.000. Er blijft dan € 50.000 over in privé, dat is ruim beneden het heffingsvrije vermogen voor gehuwden.
Het voordeel in het geval zij in een koopwoning wonen is:
- Ca. € 1.700 aan zorgtoeslag
- Ca. € 1.400 box 3 heffing
Het totale jaarlijkse netto voordeel bedraagt dan € 3.100.
Het voordeel is groter in het geval zij in een huurwoning wonen, waarbij de huur beneden de grens voor sociale huurwoningen blijft. In dat geval zijn de volgende voordelen te behalen:
- Ca. € 1.700 aan zorgtoeslag
- Ca. € 1.400 box 3 heffing
- Ca. € 4.000 aan huurtoeslag
Het totale jaarlijks netto voordeel bedraagt dan € 7.100.
Voor meer informatie over dit onderwerp kun je contact opnemen met één van onze financiële planners. Neem contact met ons op via het contactformulier of rechtstreeks met onze adviseurs Sebastiaan Hasselman (sebastiaan@reliever.nl) of Julian Langkemper (julian@reliever.nl).
Comments are closed.